Notulen  Raad voor Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op het bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het verslag van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 februari 2024; 

Gelet op de Welzijnswet van 4 augustus 1996 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 33§1 dat stelt dat elke werkgever verplicht is een Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk op te richten en dat de dienst minstens één preventieadviseur moet voorzien;

Gelet op de Welzijnswet van 4 augustus 1996 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 35§4 dat stelt dat indien de technische bedrijfseenheid gevormd wordt door meer dan één juridische entiteit, zij een gezamenlijke interne dienst kan hebben;

Gelet op de Welzijnswet van 4 augustus 1996 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 38 dat stelt dat de Koning de voorwaarden en nadere regels bepaalt volgens welke de werkgever toegestaan kan worden een gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk op te richten.

Gelet op de Codex welzijn op het werk van 28 april 2017 en latere wijzigingen, in het bijzonder Titel 2, boek II, De gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk;

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 77 en 78;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018 en latere wijzigingen;

Overwegende dat de gemeente en OCMW een gezamenlijk organogram goedkeurden;

Overwegende dat beide organisaties voor de bevolking werkzaam zijn en het beleid van beide entiteiten volledig op elkaar afgestemd wordt (economisch);

Overwegende dat er in de praktijk een samensmelting van diverse diensten is, zoals personeelsdienst, financiële dienst, technische dienst,... waardoor er de facto een nauwe samenwerking bestaat tussen beide organisaties;

Overwegende dat het gemeentebestuur en OCMW  samen een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (GIDPBW) wensen op te richten. Dit voor het personeel van gemeente en OCMW;

Overwegende dat door een eigen gemeenschappelijke interne preventiedienst, deze dienst op een algemene en gecoördineerde manier problemen kan aanpakken, waar de meerwaarde erin bestaat dat een interne dienst een betere, efficiëntere en meer rationele werking heeft dan elk bestuur afzonderlijk;

Overwegende dat de toegang tot de vestigingen voor de preventieadviseur geen probleem vormt, en dat de gebouwen in hetzelfde geografisch beperkt gebied liggen;

Overwegende dat er beroep wordt gedaan op Liantis als externe preventieadviseur ter ondersteuning van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk;

Overwegende dat de toelating tot oprichting van één gemeenschappelijke interne preventiedienst voor gemeente en OCMW enkel verleend kan worden via een koninklijk besluit na het doorlopen van een strikte aanvraagprocedure;

Overwegende dat hiertoe een goedkeuring van een door alle betrokken werkgevers ondertekende verklaring of overeenkomst vereist is waaruit blijkt dat zij deze aanvraag onderschrijven;

Er werden geen variapunten aangekaart tijdens de raad voor maatschappelijk welzijn.