DE GEMEENTERAAD
Na vastgesteld te hebben dat in toepassing van artikel 20 van het decreet over het lokaal bestuur elk raadslid minstens acht dagen op voorhand, de notulen samen met de uitnodiging tot de vergadering, de dagorde van deze zitting heeft ontvangen, en dat in toepassing van artikel 249 elk raadslid minstens veertien dagen voor de vergadering een ontwerp van de beleidsrapporten (indien geagendeerd) met alle bijlagen heeft ontvangen.
GAAT OVER TOT DE DAGORDE
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 15 november 2023;
BESLIST
Enig artikel: het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 15 november 2023 wordt goedgekeurd.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet dat er gedurende 2023 kleine handgiften plaatsvonden waarvoor geen schenkingsovereenkomst werd opgesteld en één waarvoor wel een overeenkomst werd opgesteld:
Overwegende dat deze schenkingen passen in het bewaar- en collectiebeleid van het gemeentearchief aangezien ze ons immers iets leren over de geschiedenis en culturele activiteiten van de gemeente Dentergem;
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad aanvaardt de bovenstaande handgiften definitief.
Artikel 2: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen in het decreet over het lokaal bestuur.
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 40§3;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 18 augustus 2021 houdende de wijziging van het tariefreglement op de huur van de gemeentelijke culturele infrastructuur met ingang van 1 september 2021;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 1 december 2023 houdende het principieel goedkeuren van het herzien van het tariefreglement;
Gelet op het ontwerp van het aangepaste tariefreglement, toegevoegd als bijlage;
Overwegende dat er wijzigingen en nieuwe evoluties zijn in het verhuren van de gemeentelijke zalen: een herziening van het tariefreglement daterende van 2021 drong zich op door 2 belangrijke wijzigingen:
Overwegende dat andere wijzigingen zich eerder richten tot verduidelijking van afspraken omtrent toegang tot de zaal en het verlaten van een zaal zodoende een goed verloop van de verhuringen na te streven;
Overwegende dat er ook een herziening van de vergoedingen bij regelmatig en permanent gebruik van de zaal werden doorgevoerd;
Gelet op de toelichting ter zitting door schepen B. De Keukeleire (cfr. audioverslag) ;
Gelet op de tussenkomst van raadslid J. Vandemaele omtrent de stijging van de huurprijs voor het zaaltje met bar in het Leieheem en het antwoord van de schepen voorafgaand aan de behandeling van de variapunten(cfr. audioverslag);
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad keurt de voorgestelde wijzigingen aan het tariefreglement op de huur en het gebruik van de gemeentelijke culturele infrastructuur, zoals toegevoegd in bijlage aan huidig besluit, goed.
Artikel 2: het aangepaste tariefreglement treedt in werking vanaf 1 januari 2024 en vervangt vanaf deze datum het voorgaande reglement.
Artikel 3 : het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit en beslist over alle gevallen die niet in dit reglement voorzien zijn. Het college van burgemeester en schepenen wordt dan ook gemachtigd om in individuele gevallen een vermindering of vrijstelling te verlenen door middel van een met redenen omklede beslissing, gebaseerd op objectief vaststelbare criteria.
Artikel 4: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepaling in het decreet over het lokaal bestuur.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet dat lokaal bestuur Dentergem in het kader van de uitbating van een 112/ PIT (paramedisch interventie team) behoort tot de interventiezone van het Sint Andriesziekenhuis te Tielt;
Gelet dat de interventiezone als volgt moet begrepen worden: de geografische zone toegewezen aan het Rode Kruis Vlaanderen als licentiehouder van een standplaats 112 te Tielt bij toepassing van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 tot oprichting van de Commissies voor dringende geneeskundige hulpverlening;
Gelet dat hieronder twee zaken moeten onderscheiden worden: enerzijds de activiteit van 112/PIT en anderzijds de M.U.G.-werking;
Gelet dat voor de M.U.G.-werking in 1998 een akkoord gesloten werd omtrent een gemeentelijke bijdrage aan het Sint Andriesziekenhuis te Tielt;
Gelet dat de jaarlijkse tussenkomst voor lokaal bestuur Dentergem 4.165 euro bedraagt;
Gelet dat het Rode Kruis Tielt de verantwoordelijkheid draagt voor de dienst 112/PIT als licentiehouder van de FOD;
Gelet dat het Rode Kruis Tielt werkt met een kernteam van vrijwilligers die een onmisbare schakel zijn en deze permanentie uitvoeren vanuit hun hart voor een minimale geldelijke return maar toch moeten beschikken over degelijk technisch materiaal en een doeltreffende vorming;
Gelet dat het Rode Kruis Tielt hiervoor een samenwerking had met het Sint Andriesziekenhuis Tielt (praktijk: het Rode Kruis neemt de kosten van de wagen voor zich en zorgt voor een bestaffing 's nachts en tijdens de weekends terwijl het ziekenhuis zorgt voor de bestaffing tijdens de week overdag);
Gelet dat deze werkwijze onder druk kwam te staan door vergaande besparingen in de gezondheidszorg (het in vraag stellen van niet-kernactiviteiten en reorganisaties door het Sint Andriesziekenhuis Tielt), waardoor de continuïteit van deze dienstverlening problematisch zou worden;
Gelet dat de huidige dienstverlening door het Rode Kruis en het ziekenhuis wel degelijk kwalitatief is en het opportuun is om deze te behouden;
Gelet dat het Rode Kruis Tielt evenwel niet in staat is om deze werking financieel vol te houden;
Gelet op de vraagstelling ten aanzien van de gemeenten van de interventiezone om hun betrokkenheid te willen verhogen (burger niet in de kou laten staan als het gaat om dringende geneeskundige hulpverlening) en bijgevolg een financiële bijdrage te willen verlenen;
Gelet dat hierover op diverse ogenblikken overleg heeft plaatsgevonden (bijeenkomsten burgemeesters, bevoegde schepenen en op het stakeholdersoverleg van het Sint Andriesziekenhuis Tielt);
Gelet dat bij de besprekingen gekozen werd om de financiële bijdrage te berekenen op basis van het aantal ritten op het grondgebied van een gemeente;
Gelet op het voorliggend ontwerp van samenwerkingsovereenkomst;
Gelet dat de bijdrage 2023 voor Dentergem 5.259,71 euro bedraagt;
Gelet dat uit aanvullende besprekingen blijkt dat er beter geopteerd wordt voor vaste bedragen in plaats van een variabele bijdrage door de gemeenten;
Gelet dat deze vaste bedragen berekend zijn op basis van de 112-ritten die RK-Tielt heeft uitgevoerd op het grondgebied van de gemeente in de voorbije 5 jaar (gemiddelde van die 5 jaar, namelijk 2014-2018);
Gelet dat de bijdrage voor lokaal bestuur Dentergem in de periode van 2020 - 2025 hierdoor jaarlijks 5.259,71 euro (tot en met 31.03.2023) en 9.609,00 euro (vanaf 01.04.2023) zal bedragen;
Gelet dat het ziekenhuis vanaf 2023 de bijdrage voor de MUG niet langer aanrekent voor gemeenten en steden die de nieuwe overeenkomst onderschrijven;
Gelet dat voor de overeenkomst vanaf 2026 de berekening opnieuw zal gebeuren op basis van het aantal uitgevoerde ritten in 2023-2024;
Gelet dat de overeenkomst in bijlage, de vorige overeenkomst die in werking is getreden op 1 juni 2019 en vroegtijdig wordt beëindigd op 31 juli 2023, vervangt;
Gelet dat de samenwerkingsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur van 1 augustus 2023 tot 31 december 2025;
Gelet op de toelichting ter zitting door burgemeester K. Degroote;
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad keurt de (vervangende) samenwerkingsovereenkomst goed tussen het Belgische Rode Kruis/Rode Kruis Vlaanderen, het Sint Andriesziekenhuis Tielt en verschillende gemeenten/steden, waaronder ook lokaal bestuur Dentergem, zoals in bijlage aan deze beslissing toegevoegd.
Artikel 2: het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitvoeringsmodaliteiten.
Gelet op de gecoördineerde Grondwet, in het bijzonder artikel 170§4;
Gelet op de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfsbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953;
Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en de gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikel 330 over het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het KB van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar;
Gelet op het KB van 5 maart 2017 tot bepaling van de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen en tot bepaling van het maximumbedrag bedoeld in artikel 2, § 2, van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfsbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953;
Gelet op het ministerieel besluit van 28 oktober 2019 tot wijziging van het ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar en de elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan de vreemdelingen die legaal op het grondgebied van het Rijk verblijven;
Gelet op het ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar en de elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan de vreemdelingen die legaal op het grondgebied van het Rijk verblijven;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB 2019/2 dd. 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;
Gelet op de brief van 6 november 2023 van de FOD Binnenlandse Zaken waarin het tarief van de vergoedingen ten laste van gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten en - documenten vanaf 1 januari 2024 wordt meegedeeld;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 16 november 2022 houdende het vaststellen van de gemeentebelasting op de afgifte van administratieve stukken;
Overwegende dat de FOD Binnenlandse Zaken vanaf 1 januari 2024 de tarieven aanpast voor het uitreiken van elektronische identiteitskaarten- en documenten (aanpassing aan de index);
Overwegende dat de tarieven op dit ogenblik (vanaf 1/1/2023) de volgende zijn:
|
Tarieven op 1/1/2023 |
gemeentelijke taks |
Totaal |
A. Normale procedure |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
18,30 Euro |
11,70 Euro |
30,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
7,30 Euro |
1,70 Euro |
9,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, f) tot i) |
18,30 Euro |
11,70 Euro |
30,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, a) tot e) |
18,80 Euro |
11,70 Euro |
30,50 Euro |
B. Spoedprocedure met gecentraliseerde levering van de kaart en PIN/PUK bij de Algemene Directie Instellingen en Bevolking van de FOD Binnenlandse Zaken - Brussel |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
147,10 Euro |
16,90 Euro |
164,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
136,20 Euro |
15,80 Euro |
152,00 Euro |
C. Spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/PUK bij de gemeenten |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
111,80 Euro |
18,20 Euro |
130,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
100,80 Euro |
17,20 Euro |
118,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, f) tot i) |
111,80 Euro |
18,20 Euro |
130,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, a) tot e) |
111,80 Euro |
18,20 Euro |
130,00 Euro |
Overwegende dat het raadzaam is de gemeentelijke taksen zodanig aan te passen dat er gewerkt kan worden met afgeronde bedragen voor de meest voorkomende identiteitsdocumenten aangezien dit praktischer is zowel voor de administratie als voor de burger;
Overwegende dat wordt voorgesteld om de tarieven vanaf 1 januari 2024 als volgt aan te passen:
Tarieven op 1/1/2024 |
gemeentelijke taks |
Totaal |
|
A. Normale procedure |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
19,10 Euro |
10.90 Euro |
30,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
7,70 Euro |
1,30 Euro |
9,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, f) tot i) |
19,10 Euro |
10,90 Euro |
30,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, a) tot e) |
16,60 Euro |
10,90 Euro |
30,50 Euro |
B. Spoedprocedure met gecentraliseerde levering van de kaart en PIN/PUK bij de Algemene Directie Instellingen en Bevolking van de FOD Binnenlandse Zaken - Brussel |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
153,30 Euro |
26,70 Euro |
180,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
141,90 Euro |
18,10 Euro |
160,00 Euro |
C. Spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/PUK bij de gemeenten |
|
|
|
elektronische identiteitskaarten voor Belgen |
116,40 Euro |
23,60 Euro |
140,00 Euro |
elektronische identiteitskaarten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar |
105,00 Euro |
25,00 Euro |
130,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, f) tot i) |
116,40 Euro |
23,60 Euro |
140,00 Euro |
elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemdelingen die legaal op het grondgebied verblijven (art.1, eerste lid, 4°, a) tot e) |
116,40 Euro |
23,60 Euro |
140,00 Euro |
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad keurt voor het jaar 2024 de tarieven voor het uitreiken van elektronische identiteitskaarten en -documenten, zoals hierboven vermeld, goed. Deze belasting valt ten laste van de personen of instellingen aan wie deze stukken op verzoek door de gemeente worden uitgereikt.
Het bedrag van de belasting wordt als volgt vastgesteld:
a) voor de afgifte van verblijfsvergunningen aan vreemdelingen, zowel voor elektronische kaarten en elektronische verblijfsdocumenten voor vreemdelingen (kaart E, E+, F en F+, N en M) als biometrische kaarten en biometrische verblijfstitels, afgeleverd aan vreemde onderdanen van derde landen (kaart A, B, C, D, H, J en I):
- 10,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij de afgifte, vernieuwing, verlenging of vervanging ervan
- 15,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs voor het eerste en elk volgend duplicaat
- 15,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij het niet aanbieden binnen de gestelde termijn
- 23,60 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/PUK op de gemeente
- 26,70 Euro bij spoedprocedure met gecentraliseerde levering van de kaart en PIN/PUK bij de Algemene Directie Instellingen en Bevolking van de FOD Binnenlandse Zaken
b) voor de afgifte van elektronische identiteitskaarten aan Belgen (in binnen- en buitenland):
- 10,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij de afgifte, vernieuwing, verlenging of vervanging ervan
- 15,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs voor het eerste en elk volgend duplicaat
- 15,90 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij het niet aanbieden binnen de gestelde termijn
- 23,60 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/PUK op de gemeente
- 26,70 Euro bij spoedprocedure met gecentraliseerde levering van de kaart en PIN/PUK bij de Algemene Directie Instellingen en Bevolking van de FOD Binnenlandse Zaken
c) voor de afgifte van elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar (kids-id):
- 1,30 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij de afgifte, vernieuwing, verlenging of vervanging ervan
- 5,30 Euro bovenop de vastgestelde prijs voor een duplicaat en elk volgend duplicaat
- 25,00 Euro bovenop de vastgestelde prijs bij spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/PUK op de gemeente,
- 18,10 Euro bij spoedprocedure met gecentraliseerde levering van de kaart en PIN/PUK bij de Algemene Directie Instellingen en Bevolking van de FOD Binnenlandse Zaken;
d) voor de afgifte van identiteitsdocumenten voor vreemde kinderen onder de twaalf jaar: 2 Euro
e) bij verlies van puk-pin code en aanvraag nieuwe codes: 2 Euro
f) op de afgifte van bijlage 3 ter en bijlage 8: 5 Euro
g) op de afgifte van bijlage 19, 19bis, 19ter: 10 Euro
h) op de afgifte van rijbewijs nieuw model:
- 25 Euro voor het eerste rijbewijs en de omwisseling van een rijbewijs, voorlopig rijbewijs
- 30 Euro voor het eerst en elk volgend duplicaat (verlies, diefstal, beschadiging)
- 25 Euro voor het eerste internationaal rijbewijs
- 30 Euro voor het eerst en elk volgend duplicaat (verlies, diefstal, beschadiging)
i) voor de afgifte van een lijst van de inwoners per geboortejaar, per straat, per deelgemeente, gezinshoofden voor niet-commerciële redenen: 1,25 Euro per adres met een minimum van 25 Euro
j) op de afgifte van trouwboekjes: 40 Euro
k) [...]
l) [...]
m) [...]
n) op de afgifte van gemeenteplannen: 1,50 Euro per exemplaar;
o) [...]
p) [...]
Artikel 2: de belasting wordt geheven op het ogenblik van de afgifte van het belastbare stuk. Het bewijs van de betaling van de belasting blijkt uit het kassaticket.
De aan de belasting onderworpen personen of instellingen die een verzoek tot het bekomen van één of ander stuk indienen, moeten op het ogenblik van hun aanvraag het bedrag van de belasting in bewaring geven indien dit document niet onmiddellijk bij de aanvraag kan afgegeven worden.
Artikel 3: zijn van de belasting vrijgesteld:
a) de stukken die krachtens een wet, een koninklijk besluit of een andere overheidsverordening kosteloos door het gemeentebestuur dienen te worden afgegeven;
b) de stukken die aan behoeftige personen worden afgegeven, de behoeftigheid wordt vastgesteld door elk overtuigend bewijsstuk;
c) de machtigingen met betrekking tot godsdienstige of politieke demonstraties;
d) de machtigingen met betrekking tot activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp zijn van de heffing van een belasting of retributie ten behoeve van de gemeente;
e) de mededeling door de politie aan de verzekeringsmaatschappijen, van de inlichtingen omtrent het gevolg dat gegeven werd ter zake van verkeersongevallen op de openbare weg;
f) de stukken die worden afgegeven aan al dan niet uitkeringsgerechtigde werklozen, pas afgestudeerden, laatstejaarsstudenten, leerlingen van het laatste jaar secundair onderwijs en werkzoekende personen van wie het enig inkomen het bestaansminimum is..
De belanghebbenden dienen zelf het bewijs te leveren dat ze voor de vrijstelling in aanmerking komen en dat de bescheiden waarvoor ze de belastingsvrijstelling vragen, bij het solliciteren nodig zijn.
Artikel 4: de belasting is niet toepasselijk op de afgifte van stukken die krachtens een wet, een koninklijk besluit of een overheidsverordening reeds aan de betaling van een recht ten behoeve van de gemeente onderworpen zijn.
Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten die de met het afgeven van reispassen belaste gemeente ambtshalve toekomen en waarvan sprake is in bijlage III bij de wet van 4 juli 1956.
Artikel 5: zijn van de belasting vrijgesteld: de gerechtelijke overheden, de openbare besturen en de daarmee gelijkgestelde instellingen.
Artikel 6: de belastingen worden contant ingevorderd na ontvangst van een betalingsuitnodiging. Bij gebrek aan onmiddellijke betaling wordt de belasting ingevorderd bij middel van een kohier overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zoals gewijzigd.
Artikel 7: de belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn, en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet, of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Wanneer het bezwaar het herstel beoogt van een materiële vergissing, kan het nochtans geldig worden ingediend zolang de gouverneur de dienstjaarrekening van het jaar van de belasting niet heeft goedgekeurd.
Van het bezwaarschrift wordt er een ontvangstbewijs afgegeven.
Artikel 8: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen in het decreet over het lokaal bestuur en wordt aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en alle latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en alle latere wijzigingen;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en alle latere wijzigingen;
Gelet op de bespreking van de budgetvoorstellen van de diensten op het MAT op 17 oktober 2023;
Gelet op de budgetbespreking in het college in aanwezigheid van de financieel directeur op 3 november 2023 en de genomen beslissingen;
Gelet op de bespreking van het MAT op 7 november 2023;
Gelet op de herbespreking in het college op 10 november 2023;
Gelet op de adviezen van het MAT van 17 oktober 2023 en 7 november 2023;
Overwegende dat de vijfde meerjarenplanaanpassing (2023) van de beleidsperiode 2020-2025 (+ 2026) ter vaststelling wordt voorgelegd;
Overwegende dat de gemeenten/OCMW's in hun meerjarenplannen moeten beantwoorden aan bepaalde evenwichtsnormen (zie artikel 16 van het BVR BBC van 30 maart 2018):
Overwegende dat in BBC 2020 deze beide normen werden aangevuld met twee indicatoren (geen normen) die verplicht moeten worden opgenomen in de beleidsrapporten:
Overwegende dat het nu voorgelegde meerjarenplan voor gemeente en OCMW samen aan voormelde voorwaarden voldoet;
Overwegende dat in het aangepast meerjarenplan een duidelijk onderscheid blijft bestaan tussen de kredieten van de gemeente en die van het OCMW, omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan; dat dit tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (schema M3), waarin de kredieten voor de gemeente en het OCMW apart worden opgenomen;
Overwegende dat de gemeente en het OCMW een geïntegreerd aangepast meerjarenplan hebben maar wel nog hun eigen bevoegdheid voor de vaststelling ervan hebben;
Overwegende dat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn eerst het eigen deel van het aangepast meerjarenplan moet vaststellen en dat de gemeenteraad daarna het deel van het aangepast meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, kan goedkeuren, waardoor het aangepast meerjarenplan definitief is vastgesteld;
Overwegende dat de goedkeuring van de gemeenteraad nodig is omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt;
Overwegende dat die besluitvorming het best als volgt kan verlopen:
Overwegende dat het ontwerp van aangepast meerjarenplan volgende documenten bevat:
- Wijzigingen van de strategische nota
- Motivering van de wijzigingen
- Aangepaste financiële nota
- Aanvullende documentatie
Budgettair resultaat | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Exploitatiesaldo | 1.872.256 | 2.711.801 | 767.806 | 2.473.899 | 1.549.841 | 1.717.241 | 1.840.473 |
a. Ontvangsten | 11.116.664 | 11.225.993 | 11.448.301 | 13.197.875 | 12.848.035 | 13.310.539 | 13.711.577 |
b. Uitgaven | 9.244.407 | 8.514.192 | 10.680.494 | 10.723.976 | 11.298.195 | 11.593.298 | 11.871.104 |
II. Investeringssaldo | -1.813.449 | -1.763.945 | -3.154.109 | -6.214.162 | -6.243.092 | -5.704.497 | -4.854.990 |
a. Ontvangsten | 403.783 | 34.557 | 113.651 | 19.377 | 202.877 | 1.729.377 | 19.377 |
b. Uitgaven | 2.217.232 | 1.798.502 | 3.267.761 | 6.233.539 | 6.445.969 | 7.433.874 | 4.874.367 |
III. Saldo exploitatie en investeringen | 58.807 | 947.856 | -2.386.303 | -3.740.263 | -4.693.251 | -3.987.256 | -3.014.517 |
IV. Financieringssaldo | 395.490 | 52.421 | 198.170 | 73.856 | 66.797 | 59.738 | 248.293 |
a. Ontvangsten | 481.608 | 221.168 | 107.595 | 102.023 | 3.125.144 | 123.492 | 622.870 |
b. Uitgaven | 86.118 | 168.746 | 24.231 | 31.290 | 38.349 | 45.408 | 374.577 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar | 454.298 | 1.000.278 | -2.321.088 | -3.689.138 | -1.626.690 | -4.230.458 | -2.766.224 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar | 15.976.781 | 16.435.605 | 17.435.883 | 15.114.795 | 11.425.657 | 9.798.967 | 5.568.509 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar | 15.976.781 | 16.435.605 | 17.435.883 | 15.114.795 | 11.425.657 | 9.798.967 | 5.568.509 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat | 16.431.078 | 17.435.883 | 15.114.795 | 11.425.657 | 9.798.967 | 5.568.509 | 2.802.285 |
VIII. Onbeschikbare gelden | 1.372.002 | 1.372.002 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat | 15.059.077 | 16.063.881 | 15.114.795 | 11.425.657 | 9.798.967 | 5.568.509 | 2.802.285 |
Autofinancieringsmarge | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Exploitatiesaldo | 1.872.256 | 2.711.801 | 767.806 | 2.473.899 | 1.549.841 | 1.717.241 | 1.840.473 |
II. Netto periodieke aflossingen | 32.102 | -142.729 | 42.380 | 50.898 | 58.583 | 366.694 | 374.577 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 32.102 | 40.017 | 42.380 | 50.898 | 58.583 | 366.694 | 374.577 |
b. Periodieke terugvordering leningen | 0 | 182.745 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
IV. Autofinancieringsmarge | 1.840.154 | 2.854.530 | 725.426 | 2.423.001 | 1.491.258 | 1.350.547 | 1.465.896 |
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Autofinancieringsmarge | 1.840.154 | 2.854.530 | 725.426 | 2.423.001 | 1.491.258 | 1.350.547 | 1.465.896 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen | 32.102 | 5.361 | 9.158 | 13.764 | 17.359 | 80.145 | 107.484 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 32.102 | 40.017 | 42.380 | 50.898 | 58.583 | 366.694 | 374.577 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden | 34.655 | 33.222 | 37.134 | 41.224 | 286.549 | 267.093 | |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 1.872.256 | 2.859.891 | 734.584 | 1.436.765 | 1.508.617 | 1.430.692 | 1.573.380 |
Overwegende dat de kredieten van de gemeente alleen de volgende zijn:
|
2023 |
2024 |
||
- Gemeente |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Exploitatie |
10.723.976 |
13.197.875 |
11.298.195 |
12.848.035 |
Investeringen |
6.233.539 |
19.377 |
6.445.969 |
202.877 |
Financiering |
50.898 |
102.023 |
58.583 |
3.125.144 |
Leningen en leasings |
50.898 |
102.023 |
58.583 |
3.125.144 |
Gelet op de toelichting door de financieel directeur op 12 december 2023;
Gelet op de toelichting ter zitting door schepen Ch. Vandemoortele (cfr. audioverslag);
Gelet op de tussenkomsten door de raadsleden A. Van de Velde en A. Deley (cfr. audioverslag) en de bijhorende replieken door burgemeester K. Degroote en schepen B. De Keukeleire;
BESLIST
Artikel 1: de vijfde meerjarenplanaanpassing (2023) - beleidsperiode 2020-2025 (+2026) - deel gemeente, telkens bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2), wordt vastgesteld.
Artikel 2: het budgettair resultaat van het boekjaar van de gemeente in 2025 bedraagt: -4.230.458 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar van de gemeente in 2025 bedraagt: 9.798.967 euro en het gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt: 5.568.509 euro.
Het beschikbaar budgettair resultaat van de gemeente in 2025 bedraagt 5.568.509 euro.
De autofinancieringsmarge boekjaar van de gemeente in 2025 bedraagt: 1.350.547 euro en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge bedraagt in 2025: 1.430.692 euro.
Artikel 3: het budgettair resultaat van het boekjaar van de gemeente in 2026 bedraagt: -2.766.224 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar van de gemeente in 2026 bedraagt: 5.568.509 euro en het gecumuleerd budgettair resultaat 2026 bedraagt: 2.802.285 euro.
Het beschikbaar budgettair resultaat van de gemeente in 2026 bedraagt 2.802.285 euro.
De autofinancieringsmarge boekjaar van de gemeente in 2026 bedraagt: 1.840.473 euro en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge bedraagt in 2026 1.465.896 euro.
Artikel 4: de kredieten van de gemeente voor de boekjaren 2023 en 2024 (M3) worden vastgesteld.
|
2023 |
2024 |
||
- Gemeente |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Exploitatie |
10.723.976 |
13.197.875 |
11.298.195 |
12.848.035 |
Investeringen |
6.233.539 |
19.377 |
6.445.969 |
202.877 |
Financiering |
50.898 |
102.023 |
58.583 |
3.125.144 |
Leningen en leasings |
50.898 |
102.023 |
58.583 |
3.125.144 |
Artikel 5: het geconsolideerd budgettair resultaat van het boekjaar in 2025 bedraagt: -5.089.226 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar in 2025 bedraagt: 8.832.508 euro en het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt: 3.743.282 euro.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat in 2025 bedraagt: 3.093.282 euro.
De geconsolideerde autofinancieringsmarge boekjaar in 2025 bedraagt: 491.779 euro en de geconsolideerde gecorrigeerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 583.020 euro.
Artikel 6: het geconsolideerd budgettair resultaat van het boekjaar in 2026 bedraagt: -3.225.949 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar in 2026 bedraagt: 3.743.282 euro en het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat 2026 bedraagt: 517.333 euro.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat in 2026 bedraagt: 517.333 euro.
De geconsolideerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 606.171 euro en de geconsolideerde gecorrigeerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 709.739 euro.
Artikel 6: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen in het decreet over het lokaal bestuur en zal aan de toezichthoudende overheid worden overgemaakt.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en alle latere wijzigingen;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en alle latere wijzigingen;
Gelet op de bespreking van de budgetvoorstellen van de diensten op het MAT op 17 oktober 2023;
Gelet op de budgetbespreking in het college in aanwezigheid van de financieel directeur op 3 november 2023 en de genomen beslissingen;
Gelet op de bespreking van het MAT op 7 november 2023;
Gelet op de herbespreking in het college op 10 november 2023;
Gelet op de adviezen van het MAT van 17 oktober 2023 en 7 november 2023;
Overwegende dat de vierde meerjarenplanaanpassing (2022) van de beleidsperiode 2020-2025 voor gemeente en OCMW samen ter vaststelling worden voorgelegd;
Overwegende dat de gemeenten/OCMW's in hun meerjarenplannen moeten beantwoorden aan bepaalde evenwichtsnormen (zie artikel 16 van het BVR BBC van 30 maart 2018):
Overwegende dat in BBC 2020 deze beide normen werden aangevuld met twee indicatoren (geen normen) die verplicht moeten worden opgenomen in de beleidsrapporten:
Overwegende dat het nu voorgelegde meerjarenplan voor gemeente en OCMW samen aan voormelde voorwaarden voldoet;
Overwegende dat in het aangepast meerjarenplan een duidelijk onderscheid blijft bestaan tussen de kredieten van de gemeente en die van het OCMW, omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan; dat dit tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (schema M3), waarin de kredieten voor de gemeente en het OCMW apart worden opgenomen;
Overwegende dat de gemeente en het OCMW een geïntegreerd aangepast meerjarenplan hebben maar wel nog hun eigen bevoegdheid voor de vaststelling ervan hebben;
Overwegende dat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn eerst het eigen deel van het aangepast meerjarenplan moet vaststellen en dat de gemeenteraad daarna het deel van het aangepast meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, kan goedkeuren, waardoor het aangepast meerjarenplan definitief is vastgesteld;
Overwegende dat de goedkeuring van de gemeenteraad nodig is omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt;
Overwegende dat die besluitvorming het best als volgt kan verlopen:
Overwegende dat het ontwerp van aangepast meerjarenplan volgende documenten bevat:
- Wijzigingen van de strategische nota
- Motivering van de wijzigingen
- Aangepaste financiële nota
- Aangepaste toelichting
- Aanvullende documentatie
Budgettair resultaat | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Exploitatiesaldo | -151.952 | -343.442 | -516.057 | -670.423 | -910.513 | -842.450 | -859.725 |
a. Ontvangsten | 1.616.312 | 1.443.808 | 1.446.292 | 1.537.149 | 1.510.094 | 1.399.538 | 1.362.332 |
b. Uitgaven | 1.768.264 | 1.787.250 | 1.962.350 | 2.207.572 | 2.420.607 | 2.241.988 | 2.222.057 |
II. Investeringssaldo | 368.577 | -14.361 | 16.630 | -17.202 | 571.500 | 0 | 400.000 |
a. Ontvangsten | 390.369 | -8.953 | 56.768 | 13.000 | 650.000 | 0 | 400.000 |
b. Uitgaven | 21.792 | 5.408 | 40.138 | 30.202 | 78.500 | 0 | 0 |
III. Saldo exploitatie en investeringen | 216.624 | -357.803 | -499.427 | -687.624 | -339.013 | -842.450 | -459.725 |
IV. Financieringssaldo | -16.317 | -16.317 | -16.317 | -16.317 | -16.317 | -16.317 | 0 |
a. Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
b. Uitgaven | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 0 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar | 200.308 | -374.120 | -515.744 | -703.941 | -355.330 | -858.767 | -459.725 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar | 786.895 | 982.675 | 608.556 | 92.812 | -611.129 | -966.459 | -1.825.226 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar | 786.895 | 982.675 | 608.556 | 92.812 | -611.129 | -966.459 | -1.825.226 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat | 987.203 | 608.556 | 92.812 | -611.129 | -966.459 | -1.825.226 | -2.284.951 |
VIII. Onbeschikbare gelden | 0 | 0 | 0 | 0 | 650.000 | 650.000 | 0 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat | 987.203 | 608.556 | 92.812 | -611.129 | -1.616.459 | -2.475.226 | -2.284.951 |
Autofinancieringsmarge | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Exploitatiesaldo | -151.952 | -343.442 | -516.057 | -670.423 | -910.513 | -842.450 | -859.725 |
II. Netto periodieke aflossingen | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 0 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 0 |
b. Periodieke terugvordering leningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
IV. Autofinancieringsmarge | -168.269 | -359.759 | -532.374 | -686.739 | -926.830 | -858.767 | -859.725 |
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
I. Autofinancieringsmarge | -168.269 | -359.759 | -532.374 | -686.739 | -926.830 | -858.767 | -859.725 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen | 16.317 | -18.338 | -16.906 | -20.817 | -19.512 | -18.206 | -33.218 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 16.317 | 0 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden | 34.655 | 33.222 | 37.134 | 35.829 | 34.523 | 33.218 | |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | -151.952 | -378.097 | -549.280 | -707.557 | -946.342 | -876.974 | -892.943 |
Overwegende dat dit geen beletsel vormt voor de vaststelling ervan omdat de gemeente het verlies van het OCMW dient te dekken;
Overwegende dat de gemeente ervoor moet zorgen dat het OCMW zijn financiële verplichtingen kan nakomen (Artikel 274 van het Decreet over het Lokaal Bestuur);
Dat dit echter niet meer zoals vroeger verloopt via de opname van een geraamde gemeentelijke bijdrage in het meerjarenplan, maar door een tussenkomst in de financiële verplichtingen van het OCMW bij de vaststelling van de jaarrekening en de resultaatsverwerking die erin is opgenomen;
Overwegende dat de vaststelling van de kredieten gebeurt op basis van het wettelijk schema M3 (overzicht kredieten) waaruit de kredieten van de gemeente en het OCMW apart naar voren komen;
Overwegende dat de kredieten van het OCMW alleen de volgende zijn:
|
2023 |
2024 |
||
- OCMW |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Exploitatie |
2.207.572 |
1.537.149 |
2.420.607 |
1.510.094 |
Investeringen |
30.202 |
13.000 |
78.500 |
650.000 |
Financiering |
16.317 |
0 |
16.317 |
0 |
Leningen en leasings |
16.317 |
0 |
16.317 |
0 |
Gelet op de toelichting door de financieel directeur op 12 december 2023;
BESLIST
Artikel 1: de vijfde meerjarenplanaanpassing (2023), beleidsperiode 2020-2025 (+2026) (deel OCMW), telkens bestaande uit de strategische nota, het financieel doelstellingenplan (M1) en de staat van het financieel evenwicht (M2) wordt goedgekeurd.
Artikel 2: het budgettair resultaat van het boekjaar van het OCMW in 2025 bedraagt: -858.767 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar van het OCMW in 2025 bedraagt: -966.459 euro en het gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt: -1.825.226 euro.
Het beschikbaar budgettair resultaat van het OCMW in 2025 bedraagt -2.475.226 euro.
Er zijn onbeschikbare gelden in 2024 en 2025, telkens 650.000 euro. Dit zijn de gelden van de verkoop van de woning in de Hugo Verrieststraat 10 en de woningen Wapenplaats 13 en 15.
De autofinancieringsmarge boekjaar van het OCMW in 2025 bedraagt: -858.767 euro en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge bedraagt in 2025: -876.974 euro.
Artikel 3: het budgettair resultaat van het boekjaar van het OCMW in 2026 bedraagt: -459.725 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar van het OCMW in 2026 bedraagt: -1.825.226 euro en het gecumuleerd budgettair resultaat 2026 bedraagt: -2.284.951 euro.
Het beschikbaar budgettair resultaat van het OCMW in 2026 bedraagt -2.284.951 euro.
De autofinancieringsmarge boekjaar van het OCMW de gemeente in 2026 bedraagt: -859.725 euro en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge bedraagt in 2026 -892.943 euro.
Artikel 4: de kredieten van het OCMW voor de boekjaren 2023 en 2024 (M3) worden vastgesteld.
|
2023 |
2024 |
||
- OCMW |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Exploitatie |
2.207.572 |
1.537.149 |
2.420.607 |
1.510.094 |
Investeringen |
30.202 |
13.000 |
78.500 |
650.000 |
Financiering |
16.317 |
0 |
16.317 |
0 |
Leningen en leasings |
16.317 |
0 |
16.317 |
0 |
Artikel 5: het geconsolideerd budgettair resultaat van het boekjaar in 2025 bedraagt: -5.089.226 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar in 2025 bedraagt: 8.832.508 euro en het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt: 3.743.282 euro.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat in 2025 bedraagt: 3.093.282 euro.
De geconsolideerde autofinancieringsmarge in 2025 bedraagt: 491.779 euro en de geconsolideerde gecorrigeerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 583.020 euro.
Artikel 6: het geconsolideerd budgettair resultaat van het boekjaar in 2026 bedraagt: -3.225.949 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar in 2026 bedraagt: 3.743.282 euro en het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat 2026 bedraagt: 517.333 euro.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat in 2026 bedraagt: 517.333 euro.
De geconsolideerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 606.171 euro en de geconsolideerde gecorrigeerde autofinancieringsmarge in 2026 bedraagt: 709.739 euro.
Artikel 7: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen in het decreet over het lokaal bestuur en zal aan de toezichthoudende overheid worden overgemaakt.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikelen 40 en 286;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op de omzendbrief BB 2011/01 van 10 juni 2011 betreffende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op Vlarema dat in de bijlage 5.1.4 de minimum- en maximumgrenzen van de tarieven bepaalt die de gemeenten moeten aanrekenen voor de inzameling van restafval en van sommige fracties van huishoudelijk afval. Deze moeten jaarlijk op 1 januari geïndexeerd worden;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 16 december 2020 houdende de goedkeuring van het retributiereglement op het ophalen en verwerken van huishoudelijk afval en met huishoudelijk vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen;
Overwegende dat ons bestuur aangesloten is bij de opdrachthoudende vereniging I.V.I.O. voor het ophalen en verwerken van afval;
Overwegende dat binnen de intergemeentelijke vereniging I.V.I.O. een ondernemingsplan 2019-2024 is opgemaakt waarbij bepaalde opties worden genomen, zo onder meer verhoging van de prijs van de restafvalzak;
Gelet op de goedkeuring van het ondernemingsplan in de raad van bestuur van I.V.I.O. van 14 oktober 2019;
Overwegende dat ons bestuur de kosten voor het ophalen en het verwerken van afval die door de gemeenschap worden betaald, wil terugdringen en het aandeel dat de burger rechtstreeks in deze afvalfactuur dient te betalen wenst te verhogen, overeenkomstig het principe ‘de vervuiler betaalt’;
Gelet op de voorafgaande besprekingen tussen I.V.I.O. en afgevaardigden van het gemeentebestuur;
Overwegende dat de ontvangsten en uitgaven van de gemeente in evenwicht moeten worden gehouden en dat hiervoor het vaststellen van deze retributie noodzakelijk is;
Overwegende dat overeenkomstig Vlarema (artikel 26) de gemeenten de intergemeentelijke vereniging I.V.I.O. kan machtigen om de kosten van het beheer van huishoudelijk afval op de afvalproducenten te verhalen, ook als die kosten in de vorm van belastingen of retributies worden verhaald;
Gelet op de toelichting ter zitting door raadslid L. Vanquickenborne (cfr. audioverslag);
BESLIST
Artikel 1: met ingang van 1 januari 2024 is een retributie verschuldigd voor het ophalen en verwerken van huishoudelijk en met huishoudelijk vergelijkbare afvalstoffen. De afvalstoffen worden aangeboden in de door IVIO voorziene afvalzakken of aangebracht naar de ondergrondse container waarbij een retributie wordt betaald die minstens gelijk is aan de prijs per volume voor de reguliere afvalzakken.
Artikel 2: het afval moet worden aangeboden in zakken waarvan de prijs is vastgesteld als volgt:
Artikel 3: de gemeente geeft opdracht aan de intergemeentelijke vereniging I.V.I.O. te zorgen voor de verdeling van de afvalzakken in het I.V.I.O. werkingsgebied. De burgers bevoorraden zich bij de verdeelpunten, aangeduid door de gemeente in overleg met de intergemeentelijke vereniging I.V.I.O.
Artikel 4: de retributie wordt contant ingevorderd tegen afgifte van de betreffende zakken.
Artikel 5: de gemeente machtigt de opdrachthoudende vereniging I.V.I.O. om de retributie-inkomsten, verschuldigd voor het ophalen en verwerken van huishoudelijk afval, te innen.
Artikel 6: overgangsmaatregel: Tot de uitputting van de voorraad mogen de restafvalzakken met het opschrift I.V.I.O. verder worden gebruikt.
Artikel 7: dit retributiereglement vervangt de voorgaande retributiereglementen betreffende ophaling en verwerking van huishoudelijk afval.
Artikel 8: deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen in het decreet over het lokaal bestuur en wordt aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
Gelet op de jaarrekening, balans, resultatenrekening, en de toelichting 2022 van de politiezone Midow, opgemaakt door de bijzondere rekenplichtige, en goedgekeurd door de politieraad in de vergadering van 23 oktober 2023;
BESLIST
Enig artikel : Kennis te nemen van de jaarrekening 2022, balans, resultatenrekening en toelichting zoals opgemaakt door de bijzondere rekenplichtige, en goedgekeurd door de politieraad in de vergadering van 23 oktober 2023.
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het KB van 29 juni 2008 tot wijziging van het KB van 7 april 2005 houdende de nadere regels inzake de berekening en de verdeling van de gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeentenpolitiezone;
Gelet op het besluit van de politieraad van 19 december 2022 houdende de vaststelling van de politiebegroting voor het dienstjaar 2023.
Gelet op het besluit van de gouverneur van 18 januari 2023 in het kader van het specifiek bijzonder toezicht houdende de goedkeuring van de begroting voor het dienstjaar 2021 zoals vastgesteld door de politieraad;
Gelet op het ontwerp van begrotingswijzingen nr. 1 voor het dienstjaar 2023, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Overwegende dat de begrotingswijzigingen nr. 1 voor het dienstjaar 2023 enkel interne verschuivingen van kredieten met zich meebrengen;
Overwegende dat de begrotingswijzigingen geen invloed hebben op de dotatie aan de politiezone MIDOW;
Overwegende dat de gemeentelijke toelage voor dienstjaar 2023 is vastgesteld op 737.647 Euro;
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad neemt kennis van de begrotingswijziging nr. 1 van de politiezone MIDOW.
Artikel 2: de politiezone MIDOW en de hogere overheid ontvangen een kopie van deze beslissing.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op de goedkeuring van 23 oktober 2023 door de politieraad van de zone Midow van de begrotingswijziging nr. 1 van het dienstjaar 2023;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 20 december 2023 waarbij kennis werd genomen van de begrotingswijziging nr. 1 van het dienstjaar 2023 van de politiezone MIDOW;
Gelet op de brief van 30 november 2023 van de Gouverneur van de Provincie West-Vlaanderen betreffende het specifiek toezicht op de begrotingswijziging nr. 1 van de politiezone MIDOW voor dienstjaar 2023, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
BESLIST
Enig artikel: de gemeenteraad neemt kennis van de goedkeuring door de Gouverneur van West-Vlaanderen van de begrotingswijziging nr. 1 voor het dienstjaar 2023 van de politiezone MIDOW en de daarin vermelde gemeentelijke dotaties, zoals vastgesteld door de politieraad van 23 oktober 2023.
Gelet op de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de relaties tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;
Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur 22 december 2017, en latere wijzigingen;
Gelet op het feit dat een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur;
Gelet dat alle personen die onder leiding en gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn;
Gelet op het feit dat deze voorwaarden werden vastgelegd in een arbeidsreglement voor de personeelsleden van 't Veld;
Gelet op het feit dat het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs voldoende ruimte laten om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur;
Gelet op het huidige arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van 't Veld, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Gelet op de bespreking van de wijzigingen aan het arbeidsreglement tijdens het vakbondsoverleg van 29 juni 2023;
Gelet op het ontwerp van het gewijzigde arbeidsreglement, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Overwegende dat het bestaande reglement een update verdiende;
Overwegende dat volgende artikelen worden aangepast:
Hoofdstuk 1 - algemene bepalingen en definities:
Hoofstuk 2 - arbeidsduur, arbeidstijd, prestatieregeling, vakantieregeling
Hoofdstuk 5 - betaling van het salaris
Hoofdstuk 11 - Bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de personeelsleden
Hoofdstuk 13 - Auteurs- en naburige rechten
Hoofdstuk 14 - Veiligheid, gezondheid en welzijn
Voor de actualisering van dit hoofdstuk wordt verwezen naar de preventiediensten van het lokaal bestuur;
Hoofdstuk 15 - Bescherming psychosociale risico's op het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk
Hoofdstuk 16 - Onthaal van nieuwe personeelsleden
- de lijst van instellingsgebonden opdrachten
- de overeenkomst inzake aanvangsbegeleiding (bij starters)' wordt toegevoegd;
Hoofdstuk 17 - Bevoegde inspectiediensten
Bijlagen
Overwegende dat de gemeenteraad bevoegd is om de wijzigingen aan het arbeidsreglement goed te keuren;
Gelet op de toelichting ter zitting door schepen B. De Keukeleire en de tussenkomst van raadslid J. Vandemaele (cfr. audio-verslag);
BESLIST
Artikel 1: het huidige arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van de Gemeentelijke Basisschool 't Veld wordt opgeheven.
Artikel 2: het gewijzigde arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van de Gemeentelijke Basisschool 't Veld, in bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.
Artikel 3: een kopie van dit besluit en van het gewijzigde arbeidsreglement wordt ter kennisgeving bezorgd aan het onderwijspersoneel zoals vermeld in artikel 4 van het arbeidsreglement.
Artikel 4: de onderwijsadministratie bezorgt een kopie van dit besluit aan de afdeling 'Toezicht op de Sociale Wetten'.
Gelet op de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de relaties tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;
Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur 22 december 2017, en latere wijzigingen;
Gelet op het feit dat een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur;
Gelet dat alle personen die onder leiding en gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn;
Gelet op het feit dat deze voorwaarden werden vastgelegd in een arbeidsreglement voor de personeelsleden van De WegWijzer Wakken;
Gelet op het feit dat het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs voldoende ruimte laten om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur;
Gelet op het huidige arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van De WegWijzer Wakken, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Gelet op de bespreking van de wijzigingen aan het arbeidsreglement tijdens het vakbondsoverleg van 29 juni 2023;
Gelet op het ontwerp van het gewijzigde arbeidsreglement, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Overwegende dat het bestaande reglement een update verdiende;
Overwegende dat volgende artikelen worden aangepast:
Hoofdstuk 1 - algemene bepalingen en definities:
Hoofstuk 2 - arbeidsduur, arbeidstijd, prestatieregeling, vakantieregeling
Hoofdstuk 5 - betaling van het salaris
Hoofdstuk 11 - Bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de personeelsleden
Hoofdstuk 13 - Auteurs- en naburige rechten
Hoofdstuk 14 - Veiligheid, gezondheid en welzijn
Voor de actualisering van dit hoofdstuk wordt verwezen naar de preventiediensten van het lokaal bestuur;
Hoofdstuk 15 - Bescherming psychosociale risico's op het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk
Hoofdstuk 16 - Onthaal van nieuwe personeelsleden
- de lijst van instellingsgebonden opdrachten
- de overeenkomst inzake aanvangsbegeleiding (bij starters)' wordt toegevoegd;
Hoofdstuk 17 - Bevoegde inspectiediensten
Bijlagen
Overwegende dat de gemeenteraad bevoegd is om de wijzigingen aan het arbeidsreglement goed te keuren;
BESLIST
Artikel 1: het huidige arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van de Gemeentelijke Basisschool De WegWijzer Wakken wordt opgeheven.
Artikel 2: het gewijzigde arbeidsreglement voor het gemeentelijk onderwijspersoneel van de Gemeentelijke Basisschool De WegWijzer Wakken, in bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.
Artikel 3: een kopie van dit besluit en van het gewijzigde arbeidsreglement wordt ter kennisgeving bezorgd aan het onderwijspersoneel zoals vermeld in artikel 4 van het arbeidsreglement.
Artikel 4: de onderwijsadministratie bezorgt een kopie van dit besluit aan de afdeling 'Toezicht op de Sociale Wetten'.
Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het buitengewoon basisonderwijs, en latere wijzigingen;
Gelet op het het besluit van de Vlaamse regering van 1 september 2006 betreffende de toekenning van aanvullende lestijden voor de integratie van anderstaligen, en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 oktober 2009 betreffende het ondersteuningsaanbod voor gelijke onderwijskansen in het buitengewoon basisonderwijs, en latere wijzigingen;
Gelet op brief van het Agentschap voor Onderwijsdiensten van 31 oktober 2023 in verband met de personeelsformatie voor het schooljaar 2023-2024, toegevoegd als bijlage bij deze beslissing;
Overwegende dat de elementen tot vaststelling van het lestijdenpakket voor gemeentelijke basisschool voor buitengewoon onderwijs De Ruimtevaarder bekend zijn;
Overwegende dat het voorstel van lestijdenpakket onder voorbehoud van wijzigingen door de hogere overheid wordt vastgelegd;
Gelet op de toelichting ter zitting door schepen B. De Keukeleire (cfr. audioverslag);
BESLIST
Enig artikel: de gemeenteraad stelt het lestijdenpakket voor het schooljaar 2023-2024 voor De Ruimtevaarder als volgt vast: 24 leerlingen type 3 geven recht op
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het gezamenlijk politiecollege (samen met de PZ Riho) dat doorging op 27 september 2023;
Gelet op het akkoord van de politieraad dat de uitstap van de gemeente Meulebeke geen uitstap is zoals bedoeld in artikelen 91/11 en 91/12 van de wet op de geïntegreerde politie;
Gelet op het akkoord met de verderzetting van de intentieverklaring tussen de politiezones Riho en Midow van 28 maart 2023 voor de realisatie van de operationele inkanteling, te realiseren vanaf 15 januari 2024 en het verder zetten van de gesprekken met betrekking tot een mogelijk fusie;
Gelet op de consensus dat de vijf burgemeesters, na onderling overleg op donderdag 19 oktober 2023, hebben bereikt dat bij een fusie met de PZ Riho de dienstverlening (wijkwerking en interventiedienst) moet gewaarborgd blijven, dat er een HUB-werking moet voorzien worden op het grondgebied van de MIDOW-gemeenten en dit tegen een financieel haalbare kaart voor alle gemeenten);
Gelet op het mandaat dat de politieraad gaf aan de korpschef van PZ Midow om gesprekken op te starten met de korpschef van de PZ Regio Tielt om de uitstap van Meulebeke te realiseren tegen 1 januari 2025;
Gelet op het akkoord van de politieraad om het traject tot fusie met de PZ Riho te realiseren met de bedoeling te komen tot installatie van een politiezone bestaande uit de gemeenten Dentergem, Hooglede, Ingelmunster, Izegem, Oostrozebeke, Roeselare en Wielsbeke met als streefdatum 1 januari 2025;
Gelet op de beslissing van de politieraad van Politiezone Midow van 23 oktober 2023 betreffende de toekomst van PZ Midow, zoals in bijlage bij de deze beslissing gevoegd;
BESLIST
Enig artikel: de gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van de politieraad van 23 oktober 2023.
BESLIST
Dit punt wordt verdaagd naar een latere zitting in afwachting van zonaal overleg tussen de MIDOW-gemeenten die deel uitmaken van IVIO.
Gelet op het decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het decreet betreffende de gemeentewegen van 3 mei 2019;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;
Gelet op de Vlaamse codex ruimtelijke ordening gecoördineerd bij besluit van de Vlaamse regering van 15 mei 2009 (BS 20 augustus 2009, hierna genoemd de VCRO & latere wijzigingsdecreten);
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 22 september 2021 houdende de sanering Vennestraat-Vaerestraat : samenwerkingsovereenkomst met Aquafin;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 16 februari 2022 houdende de goedkeuring gebruiksovereenkomst Lokaal Pact Sanering Vennestraat - Vaerestraat;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 27 september 2019 houdende goedkeuring overname riolering Vennestraat na uitvoering door Aquafin bij OP 23497 - Sanering Vennestraat - Vaerestraat;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 9 juni 2023 houdende de aanleg rioleringsstelsel Vennestraat - Vaerestraat : goedkeuren grondplan totaalplan;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 3 november 2023 houdende de aanvraag tot omgevingsvergunning;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 15 december 2023 houdende de aanvraag tot omgevingsvergunning, sluiting openbaar onderzoek en rooilijnplan;
Gelet op de aanvraag van een omgevingsvergunning bij het Departement Omgeving, met intern nummer 2023-141 en met projectnummer omgevingsloket OMV_2023095613, ingediend door Aquafin gevestigd Kontichsesteenweg 38A te 2630 Aartselaar betreffende het uitvoeren van riolerings- en wegeniswerken met als doel de sanering van de vuilwaterlozingen in de Vennestraat, Vennebosstraat en Vaerestraat te Dentergem, kadastraal gekend als openbaar domein (0000) en afdeling 3/Sectie B/percelen 400B, 416X, 416V en 445V en afdeling 4/Sectie B, perceel 890B;
Gelet dat het Departement Omgeving vraagt aan het college om een openbaar onderzoek te starten en tevens om een advies uit te brengen;
Gelet dat voorliggend dossier kadert in een gemeentelijke project i.s.m. Aquafin en VMM voor het uitvoeren van riolerings- en wegeniswerken, doch slechts één onderdeel uit dit groter project betreft, nl. het wijzigen van het rooilijnplan;
Gelet dat de aanvraag immers voorziet in het openleggen van de waterloop Aalbeek WL.5. in functie van buffering en infiltratie van regenwater ter hoogte van percelen 416V en 416X, gelegen in de Vaerestraat, waarvoor grondinnames nodig zijn volgens rooilijnplan 2446L_OP_RLNPL-GEM_1.dwg/RLPLN1;
Gelet dat bijgevolg sprake is van een wijziging van de rooilijn waarvoor een gemeenteraadsbeslissing vereist is;
Gelet dat de gemeenteraad zich dus voorafgaand aan de vergunningverlening dient uit te spreken over de zaak der wegen;
Gelet op artikel 10 van het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen en latere wijzigingen, dat stelt dat indien de gemeenteraad een gemotiveerd besluit moet nemen over de zaak der wegen, dat de gemeenteraad dan eveneens kennisneemt van de ingediende bezwaren en opmerkingen;
Overwegende dat de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning heeft ontvangen op 15 september 2023 en deze op 23 oktober 2023 ontvankelijk en volledig heeft bevonden;
Omschrijving aanvraag
Ten noorden van de Vaerestraat wordt de waterloop Aalbeek (WL.5. – waterloop 2e categorie) opengelegd over een afstand van +/- 255m , hiervoor zijn grondinnames nodig op de percelen: 416X en 416V (3e afdeling sectie B), momenteel is deze waterloop ingebuisd. Met een grondinname volgens rooilijnplan 2446L_OP_RLNPL-GEM_1.dwg/RLPLN1 met volgnummer 2 voor perceel 416X voor een oppervlakte van 263m² en volgnummer 3 voor perceel 416V voor een oppervlakte van 818m².
In bestaande toestand ligt op de voorziene locatie van de open te leggen waterloop reeds een langsgracht. Deze gracht is minder diep en minder breed dan de voorziene openlegging van de Aalbeek. Het openleggen van de waterloop is nodig voor het creëren van voldoende buffervolume. Als profiel voor het opengelegde deel van de Aalbeek wordt een bodembreedte van 1m en taluds 6/4 genomen.
In de Vennestraat, Vaerestraat en Vennebosstraat wordt de verharding heraangelegd cfr. de huidige toestand zodat hier geen ruimtelijke impact wordt verwacht.
De herinrichting van de weg en het openleggen van de Aalbeek stemmen overeen met het landelijk karakter van de omgeving.
Deze aanvraag kadert in een samenwerking tussen Aquafin en de gemeente Dentergem.
Planologische ligging
Overwegende dat de gronden gelegen zijn binnen het gewestplan Roeselare - Tielt (koninklijk besluit van 17 december 1979); dat de gronden, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, gelegen zijn in voornamelijk agrarisch gebieden slechts een klein gedeelte in woongebied met landelijk karakter;
Overwegende dat de woongebieden zijn bestemd voor wonen alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving;
Overwegende dat agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300m en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.
Overwegende dat de aanvraag deels gelegen is binnen de grenzen van het goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ''Oeselgem'' d.d. 18/02/2015 in een zone voor openbaar domein;
De aanvraag omvat werken van algemeen belang die in overeenstemming zijn met het RUP ''Oeselgem'';
Het komt echter niet aan de gemeenteraad toe om zich uit te spreken over het al dan niet verenigbaar karakter van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening en de overeenstemming met de planologische bestemmingsvoorschriften (dit dient door de vergunningverlenende overheid te worden behandeld). De gemeenteraad kan enkel uitspraak doen over de zaak van de wegen en dit zonder de andere vergunningsaspecten mee te nemen in de beoordeling. Uit de rechtspraak en parlementaire voorbereidingen kan een opsomming gehaald worden van welke elementen tot de zaak van de wegen behoren: het betreft (o.m.) de ontsluitingsgraad, de riolering en waterhuishouding op het openbaar domein, de verkeersafwikkeling (in de omgeving), de inpasbaarheid van de wegenis in het globaal gemeentelijk wegennet en de impact van de weg (niet van het project of de verkaveling) op de mobiliteit;
Overwegende dat bij de aanvraag een rooilijnplan werd gevoegd waaruit blijkt dat de rooilijn van de Vaerestraat gedeeltelijk wordt gewijzigd zodat het rooilijnplan ter goedkeuring aan de gemeenteraad wordt voorgelegd;
Overwegende dat de aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 7 november 2023 tot 6 december 2023 en dat naar aanleiding van dit openbaar onderzoek 1 bezwaarschrift digitaal werd ingediend;
Overwegende dat het bezwaarschrift handelt over:
- Hoe wordt gegarandeerd dat er geen bouwtechnische schade (barsten, ed,) ontstaat aan gebouwen tijdens de langdurige bemaling aan hoog debiet?
- Als het retourneren van bemalingswater (bvb in tuinen langs het traject) toch niet lukt, kunnen dan werkelijk bufferbakken geplaatst worden?
- Welke maatregelen worden genomen om begroeiing (oude bomen, hagen, ed,) te beschermen tegen de uitdroging van de ondergrond?
Overwegende dat de inhoud van het bezwaarschrift geen betrekking heeft op het tracé van de wegen of de ontworpen rooilijn en bijgevolg niet wordt weerhouden door de gemeenteraad bij haar beoordeling;
Overwegend dat de gemeenteraad zich uitspreekt over de ligging, breedte en de uitrusting van de gewijzigde gemeenteweg en de eventuele opname in het openbaar domein. De gemeenteraad houdt hierbij rekening met de principes en de doelstellingen uit het Decreet houdende de gemeentewegen;
Overwegend dat de kosten voor de uitvoer van het openleggen van de waterloop ten laste zijn van de Provincie West-Vlaanderen;
Overwegend dat de kosten voor de grondinnames ten laste zijn van de gemeente Dentergem, waarna zij worden ingelijfd bij het openbaar domein;
Overwegende dat deze inlijving ten goed komt aan de waterhuishouding in de onmiddellijke omgeving (buffering en infiltratie) en toekomstige wateroverlast (ingevolge stuwing) kan voorkomen;
Gelet op de toelichting ter zitting door schepen I. Lambrecht en de tussenkomst door raadslid A. Van de Velde omtrent het geanonimiseerd bezwaarschrift (cfr. audioverslag);
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad neemt kennis van de bekendmaking van de aanvraag, waaruit blijkt dat de aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 7 november 2023 tot en met 6 december 2023.
Artikel 2: de gemeenteraad neemt kennis van het ontvankelijk bezwaarschrift dat naar aanleiding van het openbaar onderzoek omtrent deze aanvraag werd ingediend doch weerhoudt dit niet bij de beoordeling over de zaak der wegen aangezien de inhoud van dit bezwaarschrift daar geen betrekking op heeft.
Artikel 3: de gemeenteraad keurt de ontworpen rooilijn en het wegtracé van de Vaerestraat, zoals voorgesteld op het rooilijnplan van de vergunningsaanvraag ter hoogte van de percelen kadastraal gekend als afdeling 3, sectie B nummers 416V en 416X goed.
Artikel 4: de kosten voor de uitvoer van het openleggen van de waterloop zijn ten laste zijn van de Provincie West-Vlaanderen.
Artikel 5: de kosten voor de grondinname volgens rooilijnplan 2446L_OP_RLNPL-GEM_1.dwg/RLPLN1 met volgnummer 2 voor perceel 416X voor een oppervlakte van 263m² en volgnummer 3 voor perceel 416V voor een oppervlakte van 818m² zijn ten laste van de gemeente Dentergem en deze innames worden ingelijfd bij het openbaar domein.
Gelet op het decreet van 22 december 2017, inzonderheid artikel 40, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op het bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het gecodificeerd decreet over het Vlaamse woonbeleid van 17 juli 2020, inzonderheid boek 6 en artikels 6.12 tot en met 6.14;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11 september 2020 tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen 2021, boek 6;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 18 januari 2023 betreffende positieve adviesverlening omtrent de te vormen woonmaatschappij in het werkingsgebied Zuid-West-Vlaanderen-Midden;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 17 mei 2023 betreffende de nieuwe woonmaatschappij VIVUS: aanduiden afgevaardigde;
Gelet op de collegebeslissing van 6 oktober 2023 betreffende de kennisname verslag raad van bestuur Vivus van 28 juni 2023;
Gelet op de goedkeuring van het bestuursorgaan van woonmaatschappij Vivus bv van 28 juni 2023 betreffende de installatie van de toewijzingsraad van woonmaatschappij Vivus;
Gelet op de e-mail van 6 november 2023 van de heer Koen Verdru, algemeen directeur Woonmaatschappij Vivus bv, met het ontwerp van het toewijzingsreglement en het huishoudelijk reglement versnelde toewijzing;
Gelet op de e-mail van 24 november 2023 van de heer Bjorn Thienpondt namens Vivus bv met het aangepast ontwerp van het toewijzingsreglement na overleg met Wonen in Vlaanderen;
Overwegende dat op 1 juni 2023 de nieuwe woonmaatschappij Vivus bv werd opgericht en deze een samensmelting is van cvba Mijn huis, cvba Helpt Elkander en RSVK Waregem;
Overwegende dat de vorming van de woonmaatschappijen de toewijzingsregels en de wijze waarop sociale huurwoningen worden verhuurd grondig herzien wordt;
Overwegende dat vanuit Vivus bv gevraagd wordt aan de bevoegde beleidsorganen om het toewijzingsreglement goed te keuren en kennis te nemen van het huishoudelijk reglement versnelde toewijs;
Overwegende dat de gemeenten regisseur zijn van het lokaal woonbeleid en dat de Vlaamse regering besliste dat er per gemeente slechts één woonactor actief mag zijn, waarbij in Dentergem de woonmaatschappij Vivus bv deze taak op zich neemt;
Overwegende dat door Vivus bv een toewijzingsreglement werd opgemaakt dat de toewijzingsregels bepaalt voor een sociale woning op het grondgebied van elke gemeente behorend tot het werkingsgebied en dat dit reglement de mogelijkheid biedt om lokale accenten te leggen;
Overwegende dat de Vlaamse regering vier pijlers had vastgelegd voor de toewijzing van een sociale woning:
Overwegende dat in het voorstel van toewijzingsreglement door Vivus bv geopteerd werd lokaal maatwerk mogelijk te maken voor enerzijds het instellen van een strengere lokale bindingsvoorwaarde (pijler 1) en anderzijds voor het afbakenen van specifieke doelgroepen (pijler 3);
Overwegende dat het toewijzingsreglement en het huishoudelijk reglement versnelde toewijzing reeds werden goedgekeurd door het bestuursorgaan van Vivus bv;
Overwegende dat voor Dentergem in totaal 203 sociale huurwoningen op het grondgebied beschikbaar zijn zoals vastgesteld op 1 januari 2022;
Overwegende dat de toewijzingsraad van woonmaatschappij Vivus ervoor opteerde om "geen strengere lokale woonbinding op te nemen. Dit wordt gemotiveerd vanuit het gegeven dat de huidige langdurige woonbinding met de gemeente reeds een verstrenging is ten aanzien van de vorige lokale binding. De toewijzingsraad wenst geen criterium te voorzien die de standaard langdurige woonbinding voorafgaat. Daarnaast heeft de toewijzingsraad bij consensus beslist dat na de langdurige woonbinding met de gemeente wel rekening wordt gehouden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurder met het werkingsgebied van de woonmaatschappij;
Overwegende dat de lokale woonbinding, zoals in het voorstel tot toewijzingsreglement, werd opgenomen dat langdurige woonbinding er als volgt uitziet:
BESLIST
Artikel 1: de gemeenteraad keurt het toewijzingsreglement voor de woonmaatschappij Vivus bv zoals in bijlage toegevoegd goed.
Artikel 2: de gemeenteraad neemt kennis van het huishoudelijk reglement versnelde toewijzing door de woonmaatschappij Vivus bv zoals in bijlage toegevoegd goed.
Voor de concrete vraagstelling, antwoorden of bespreking wordt verwezen naar het audioverslag op de gemeentelijke website. Hieronder volgt enkel een opsomming en desgevallend een beknopte samenvatting.
Raadslid J. Vandemaele
Dit punt handelt over het opmaken van een rapportje op het einde van het jaar omtrent het gebruik van de website. Vindt de burger zijn weg ernaar toe ? Dit punt wordt beantwoord door schepen G. Simoens.
Raadslid L. Vercaemers
Dit punt handelt over het gebrek aan verlichting in/aan de fietsenstalling aan de sporthal te Markegem.
Raadslid A. Deley
Deze tussenkomst handelt over :
- het wandelpad tussen archief en rusthuis waar een stukje is dat er geen aanharding zou zijn tot tegen het beton en gevaarlijk is voor rolstoelgebruikers.
- de inbraak in Oeselgem waar de combinatie van toegangscontrole en camerabeelden toch een precies ogenblik zou moeten kunnen aanwijzen zodat men geen uren camerabeelden moet bekijken. Dit dossier is echter in handen van de politie en wij mogen niet interfereren.
- het strategisch commercieel plan mist een voorafgaande studie een analyse van het koopgedrag en de impact van de Rivaweg voor de lokale ondernemers
Gedaan in voormelde zitting
NAMENS DE GEMEENTERAAD
Namens Gemeenteraad,
Sofie De Clerck
Algemeen directeur
Koenraad Degroote
Voorzitter gemeenteraad